Wet DBA 2025: Onderzoek onthult impact voor ICT’ers

De Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) blijft een belangrijk onderwerp in de ICT-sector. Hoewel de wet al in 2016 werd ingevoerd, zorgt 2025 voor een nieuwe realiteit: de handhaving door de Belastingdienst wordt actiever en strenger.

Voor zzp’ers, freelancers en opdrachtgevers in de ICT betekent dit dat contractvormen, werkrelaties en de praktische uitvoering van opdrachten onder een vergrootglas komen te liggen.

In dit artikel behandelen we de meest gestelde vragen over de Wet DBA, met resultaten uit ons eigen onderzoek en met specifieke aandacht voor ICT- en IT-professionals.

Wat houdt de Wet DBA eigenlijk in?

De Wet DBA is ooit ingevoerd met één hoofddoel: het tegengaan van schijnzelfstandigheid. In de kern is de Wet DBA simpel: voorkomen dat iemand op papier als zelfstandige werkt, maar in de praktijk als werknemer. Dit fenomeen noemen we dus schijnzelfstandigheid.

De wet maakt daarbij geen onderscheid tussen sectoren. Of je nu in de ICT werkt, in de bouw of in de zorg: als je langdurig, op vaste tijden en onder directe aansturing van een opdrachtgever werkt, kan de Belastingdienst concluderen dat er sprake is van loondienst.

Schijnzelfstandigheid komt vaker voor dan je denkt, zeker in sectoren zoals ICT. Een zelfstandige die vijf dagen per week, maandenlang, in hetzelfde team bij dezelfde opdrachtgever werkt, dezelfde uren draait als vaste medewerkers en weinig vrijheid heeft in hoe hij of zij het werk uitvoert, lijkt in de praktijk sterk op een werknemer.

De Belastingdienst kijkt bij de beoordeling niet alleen naar het contract. Een modelovereenkomst kan helpen, maar is geen vrijbrief. Het gaat om de vraag: hoe ziet de samenwerking er in werkelijkheid uit? Zijn er duidelijke projectafspraken? Heeft de freelancer vrijheid in werkuren en aanpak? Wordt er gewerkt op basis van resultaat in plaats van op basis van aanwezigheid? En kun je zelf bepalen hoe en wanneer je je werk doet?

Voor ICT-professionals is dit een belangrijke realiteit. Projecten zijn vaak groot, langdurig en complex. Zonder duidelijke afspraken over vrijheid en resultaat kan een opdracht al snel binnen het risicogebied van de Wet DBA vallen.

 


📌 Meer achtergrond over de Wet DBA vind je in ons artikel Update maart 2025: Wet DBA en inlenersbeloning in de ICT-sector.


 

Wat verandert er in 2025 voor zzp'ers?

De grootste verandering in 2025 zit niet in de tekst van de wet, maar in de manier waarop deze wordt toegepast. Jarenlang was er sprake van een gedoogperiode. Er werd wel gesproken over de Wet DBA, maar in de praktijk gebeurde er weinig.

Dat verandert nu. De Belastingdienst heeft aangekondigd dat er actiever gecontroleerd gaat worden. Er komt meer aandacht voor sectoren met veel zelfstandigen en langdurige opdrachten en de ICT-sector staat daarbij hoog op de lijst.

De manier van beoordelen wordt ook scherper. Niet alleen de contracten worden bekeken, maar vooral hoe de samenwerking in de praktijk wordt uitgevoerd. De zogenoemde materiële toetsing staat centraal: wordt er daadwerkelijk gewerkt zoals in de overeenkomst is afgesproken?

Voor opdrachtgevers betekent dit dat ze voorzichtiger zijn geworden in het inhuren van zzp’ers. Sommige organisaties kiezen voor alternatieve constructies zoals detachering. Andere kiezen er juist voor om alleen nog te werken met zelfstandigen die duidelijk kunnen aantonen dat ze ondernemend werken: meerdere opdrachtgevers, vrijheid in uitvoering en resultaatgerichte opdrachten.

 

Belangrijkste veranderingen in 2025

  1. Actieve handhaving: De Belastingdienst gaat daadwerkelijk optreden tegen schijnzelfstandigheid.

  2. Materiële toetsing: Niet alleen de modelovereenkomst telt; de feitelijke manier van werken staat centraal.

  3. Focus op risicosectoren: ICT, zorg en onderwijs staan hoog op de lijst.

  4. Meer verantwoordelijkheid bij opdrachtgevers: Bedrijven zijn terughoudender in het inhuren van zzp’ers als er risico is op herkwalificatie.

     


📌 Wil je weten welke recente updates invloed hebben op IT-zzp’ers? Lees dan onze Live update 7 juli 2025: DBA & VBAR.


 

Wat gebeurt er als er sprake is van schijnzelfstandigheid?

Als de Belastingdienst vaststelt dat er sprake is van schijnzelfstandigheid, wordt de arbeidsrelatie vaak geherkwalificeerd naar loondienst.

Voor de opdrachtgever betekent dit dat er met terugwerkende kracht loonbelasting, sociale premies en andere lasten moeten worden afgedragen. Ook kan er een boete volgen, zeker als er sprake is van opzet of grove nalatigheid.

Voor de zzp’er zelf betekent dit meestal niet dat er direct een boete wordt opgelegd. Wel kan de opdracht abrupt eindigen of worden omgezet in loondienst. Daarnaast kan een herkwalificatie gevolgen hebben voor je reputatie in de markt. Opdrachtgevers worden voorzichtiger, en toekomstige samenwerkingen kunnen daardoor lastiger worden.

 

Hoe streng wordt er gecontroleerd?

Vanaf 2025 voert de Belastingdienst meer controles uit, maar dit betekent niet dat iedere zzp’er persoonlijk wordt onderzocht. De aanpak is gericht op sectoren en situaties met het grootste risico op schijnzelfstandigheid.

De controles zijn bovendien selectief. Ze richten zich op situaties waar er duidelijke signalen zijn dat een samenwerking meer op loondienst lijkt dan op zelfstandig ondernemerschap. Daarbij kijkt men naar concrete zaken zoals:

  • Hoeveel vrijheid heeft de zzp’er in de uitvoering van het werk?

  • Zijn er meerdere opdrachtgevers?

  • Wordt er gewerkt op basis van resultaat of op basis van uren en aanwezigheid?

Wie als zelfstandige zijn of haar ondernemerspositie duidelijk kan aantonen, heeft weinig te vrezen.

 

Wie draagt het risico bij overtreding?

In de meeste gevallen ligt de financiële verantwoordelijkheid bij de opdrachtgever. Wanneer een arbeidsrelatie wordt geherkwalificeerd naar loondienst, moet de opdrachtgever de verschuldigde loonbelasting, premies en andere lasten met terugwerkende kracht betalen. Alleen in uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld wanneer een zzp’er bewust verkeerde informatie heeft gegeven, kan ook de zelfstandige zelf financieel aansprakelijk worden gesteld.

Voor opdrachtgevers is dit risico aanzienlijk. Het verklaart ook waarom sommige bedrijven terughoudender zijn geworden in het werken met zelfstandigen, vooral in langdurige, geïntegreerde projecten.

 

 

Resultaten onderzoek Morgan Black: Impact Wet DBA in de ICT-markt

Terwijl de Wet DBA al jaren op de radar staat, is het effect ervan op de ICT-markt in 2025 concreter dan ooit. Maar hoe ervaren professionals dit in de praktijk?

Om daar antwoord op te krijgen, dook onze consultant dook Daniël Vos, Principal Consultant IT bij Morgan Black dieper in de materie. Zo legde hij een poll uit onder 225 ICT-professionals (zzp’ers, freelancers en interim specialisten). Met een combinatie van marktonderzoek, gesprekken met opdrachtgevers én ervaringen van freelancers in de sector bracht hij de huidige situatie scherp in kaart. Zijn analyse geeft een helder beeld van hoe de Wet DBA nu doorwerkt in de ICT en waar de kansen en uitdagingen liggen voor zelfstandigen.

 

  • 56% geeft aan dat het lastiger is om nieuwe opdrachten te vinden sinds de aangekondigde handhaving van de Wet DBA. Dit geldt vooral voor langdurige projecten binnen grote corporates en de overheid, waar opdrachtgevers voorzichtiger zijn geworden.

  • 30% merkt geen verschil. Deze groep bestaat vaak uit ervaren freelancers die duidelijk als ondernemer opereren: meerdere opdrachtgevers, projectmatig werk en geen gezagsverhouding.

  • 12% overweegt loondienst als alternatief. Dit zijn meestal zelfstandigen die afhankelijk zijn van één grote opdrachtgever of actief zijn in rollen die qua uitvoering dicht tegen loondienst aanliggen.

  • 2% kijkt naar detachering. Vooral als strategische keuze om langdurige opdrachten te kunnen behouden, maar met minder risico voor de opdrachtgever.

 

Wat freelancers op Reddit zeggen over de Wet DBA

Op Reddit werd recent de vraag gesteld die veel ICT-professionals bezighoudt: “Is het sinds de invoering van de Wet DBA moeilijker geworden om opdrachten te vinden?” De discussie laat goed zien hoe verdeeld de markt is.

De vraag kwam van iemand die na een mislukte proeftijd overwoog om te gaan freelancen. Hij hoorde van interim-managers die terugkeerden naar loondienst en van zijn voormalige werkgever dat “de markt opgedroogd” zou zijn. Tegelijkertijd kende hij ook zelfstandigen die zwoeren dat ze zonder moeite aan werk konden komen.

De antwoorden schetsen een genuanceerd beeld.

 

Een deel van de freelancers merkt nauwelijks verschil. Zij benadrukken dat er nog altijd veel werk is, zeker in sectoren met personeelstekorten. Een ervaren freelancer reageerde:

 

“Ik ben al tien jaar ondernemer. Als ik ja zeg tegen alles wat op mijn pad komt, kan ik 24/7 werken. Er is werk genoeg.”

 

Deze groep ziet de Wet DBA vooral als een middel om schijnzelfstandigheid aan te pakken, niet als een aanval op echte ondernemers. Hun boodschap is duidelijk: als je echt als zelfstandige werkt  (met eigen tarieven, meerdere klanten, vrijheid in uitvoering) verandert er weinig.

Andere reacties laten zien dat de situatie niet voor iedereen rooskleurig is. Vooral freelancers die in situaties werken die sterk lijken op loondienst, merken dat opdrachtgevers voorzichtiger zijn geworden. Langdurige plaatsingen met weinig vrijheid in uitvoering trekken sneller aandacht van de Belastingdienst.

 

De discussie leverde ook praktische tips op:

  • Behoud je vrijheid: stel je eigen werktijden in en werk op basis van resultaat in plaats van aanwezigheid.

  • Bouw aan je ondernemersprofiel: factureer professioneel, onderhoud meerdere klanten, investeer in training en bouw je reputatie op.

  • Vermijd volledige integratie in de opdrachtgever: zorg dat je rol projectmatig en tijdelijk is, en dat je positie verdwijnt als de opdracht stopt.

De kern van het verhaal op Reddit sluit aan bij wat we in de markt zien: de Wet DBA treft vooral situaties die in de praktijk op loondienst lijken. Voor freelancers die duidelijk als ondernemer opereren, blijft de markt open. Voor wie in het grijze gebied werkt, is 2025 het moment om de werkwijze en contractvormen tegen het licht te houden.

 

Conclusie: DBA 2025 vraagt om scherp ondernemerschap

De aanscherping van de Wet DBA in 2025 betekent geen einde aan freelancen in de ICT, maar wel een verschuiving in hoe zelfstandigen zich moeten positioneren. Het onderzoek van Daniel Vos laat zien dat er geen sprake is van een uniforme impact: waar de ene groep nauwelijks verandering merkt, ervaart de andere duidelijke obstakels.

De grootste groep, 56% van de respondenten, merkt dat opdrachten moeilijker te vinden zijn. Dit speelt vooral bij langdurige opdrachten binnen grote corporates en overheidsinstellingen. Niet omdat de vraag naar ICT-professionals afneemt, maar omdat opdrachtgevers voorzichtiger worden in hun contractvormen. De risico’s van mogelijke herkwalificatie naar loondienst maken dat ze alternatieven zoeken, zoals kortere contracten, strakker omschreven deliverables of werken via detachering.

Daartegenover staat een stevige 30% van de zelfstandigen die geen enkele impact ervaart. Deze professionals hebben hun ondernemerspositie stevig op orde: meerdere opdrachtgevers, vrijheid in de uitvoering en duidelijke projectmatige afspraken. Voor hen blijft de vraag hoog, juist door de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt voor specialistische ICT-rollen.

Een kleinere groep overweegt loondienst (12%) of detachering (2%) als strategische keuze. Niet per se omdat freelancen niet meer haalbaar is, maar omdat stabiliteit, risicobeperking en langdurige samenwerking voor hen zwaarder wegen in de huidige markt.

Wat alle groepen bindt, is dat de Wet DBA in 2025 vraagt om bewust en aantoonbaar ondernemerschap. Voor wie duidelijk kan laten zien dat hij of zij als zelfstandige opereert, met meerdere klanten, vrijheid in uitvoering en een focus op resultaat – blijft er ruimte voor uitdagende en lucratieve opdrachten. Voor wie in een grijs gebied opereert, wordt het noodzakelijk om werkafspraken, contracten en positionering onder de loep te nemen.

De boodschap is duidelijk: de Wet DBA is geen bedreiging voor ondernemende ICT-freelancers, maar wél een wake-upcall om scherp te blijven.

 

 

FAQ – Wet DBA en schijnzelfstandigheid in de ICT

1. Wie moet betalen bij schijnzelfstandigheid?

In de meeste gevallen is de opdrachtgever verantwoordelijk voor het betalen van loonbelasting, sociale premies en eventuele boetes als de Belastingdienst vaststelt dat er sprake is van schijnzelfstandigheid. Alleen in uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld als de zzp’er bewust verkeerde informatie heeft gegeven of fraude heeft gepleegd, kan de zelfstandige zelf aansprakelijk worden gesteld. Voor de meeste freelancers betekent dit dat het financiële risico niet direct bij hen ligt, maar het kan wel gevolgen hebben voor hun opdrachten. Opdrachtgevers kunnen voorzichtiger worden of de samenwerking beëindigen.

 

2. Hoeveel mag je als zzp’er belastingvrij bijverdienen in 2025?

In Nederland bestaat er voor zzp’ers geen vast bedrag dat je belastingvrij kunt bijverdienen. Alle inkomsten uit je onderneming moeten worden opgegeven, maar je kunt gebruikmaken van aftrekposten zoals de zelfstandigenaftrek en MKB-winstvrijstelling. Dit betekent dat je als zzp’er belasting betaalt over de winst, na aftrek van zakelijke kosten en eventuele fiscale voordelen. Hoeveel je netto overhoudt, hangt af van je totale inkomsten en aftrekposten.

 

3. Hoe lang mag een zzp’er bij één opdrachtgever werken?

Er is geen wettelijke maximale duur voor het werken bij één opdrachtgever, maar een langdurige samenwerking kan het risico op schijnzelfstandigheid vergroten. Als je bijvoorbeeld jarenlang voltijd bij dezelfde opdrachtgever werkt, onder hun leiding en volgens hun werktijden, lijkt de situatie steeds meer op loondienst. Om risico te beperken, is het verstandig om meerdere opdrachtgevers te hebben, duidelijke projectafspraken te maken en vrijheid te behouden in de uitvoering van het werk.

 

4. Wat zijn de consequenties van schijnzelfstandigheid?

Bij vaststelling van schijnzelfstandigheid kan de Belastingdienst de arbeidsrelatie herkwalificeren naar loondienst. Voor de opdrachtgever betekent dit dat er met terugwerkende kracht loonbelasting en sociale premies moeten worden betaald. Boetes kunnen volgen bij opzet of grove nalatigheid. Voor de zzp’er zelf betekent dit meestal dat de opdracht eindigt of wordt omgezet naar loondienst. Hoewel de financiële gevolgen vaak bij de opdrachtgever liggen, kan dit wel invloed hebben op toekomstige samenwerkingen.

 

5. Hoe controleert de Belastingdienst schijnzelfstandigheid?

De Belastingdienst gebruikt zowel materiële toetsing als signalen uit de markt.

Dit betekent dat er niet alleen naar contracten wordt gekeken, maar vooral naar de feitelijke uitvoering van het werk:

  • Is er sprake van gezagsverhouding?

  • Werkt de zzp’er op vaste tijden op locatie?

  • Is er vrijheid in uitvoering en resultaatafspraken?

    Inspecteurs kijken naar de praktijk en toetsen of die overeenkomt met de afspraken in de overeenkomst.

 

6. Hoe groot is de kans dat de Belastingdienst je controleert?

De kans op controle is groter in risicosectoren zoals ICT, zorg en onderwijs, en bij langdurige opdrachten met één opdrachtgever. De Belastingdienst voert geen massale controles uit, maar richt zich op situaties met een hoog risico op schijnzelfstandigheid of waar signalen zijn ontvangen. Wie aantoonbaar als ondernemer opereert (met meerdere klanten, duidelijke projectafspraken en vrijheid in uitvoering) loopt weinig risico om problemen te ondervinden.

 

Bel of mail mij